Het is al augustus als ik dit schrijf, maar ik zal het voornamelijk over juli hebben, dus vandaar toch deze titel. Ik heb een paar mooie trainingen gedaan. De mooiste tochten waren naar het feestje van een vriendin in Leeuwarden, en een week daarop naar vrienden in Groningen.

De eerste tocht ging wel snel, maar fysiek niet heel goed. Al bij het ontbijt had ik moeite met eten, tijdens het fietsen werd dat niet beter. Bij de koffiepauze in Emmeloord had ik dan opeens weer waanzinnige honger, maar de tweede portie appeltaart was niet zo’n goed idee. Misselijk stapte ik op mijn fiets.

Een stukje Friesland in gingen vervolgens de sluizen open. Het was te warm om regenkleding aan te trekken, ik koos ervoor mezelf nat te laten regenen en gewoon niet stil te gaan staan die laatste 50 kilometer. Na het typisch Friese “Hoe hebben ze in godesnaam nu weer bedacht dat die fietsroute wel kon lopen”, arriveerde ik doorweekt bij Maartje. Van een douche knapte ik aardig op, maar eten wilde nog steeds niet goed. Eén bordje ging er nog wel in, maar toen was het over. Middels sinas en ander suikerwater kon ik nog wel wat energie naar binnen werken, maar echt opschieten deed het niet.

Volgende dag was ik dus gewoon ziek. Ik kreeg een lift naar Amsterdam, Hugo gaf mijn fiets twee dagen later een lift naar mijn huis. Jammer. Maar toch had ik best hard gefietst. Toen ik weer beter was, heb ik meteen maar laxeer- en maagzuurtabletten gekocht. Het gaat me niet weer gebeuren dat een tegenstribbelende spijsvertering mijn fietsplezier vergalt.

De week erop was ik al weer goed op de been. Ook weer redelijk bijgegeten. Ik wilde graag Bo en Marieke weer eens spreken, het weer was gunstig, mijn benen waren onrustig. Alle reden dus om de tocht naar Groningen te ondernemen.

En het ging goed. Ontbijt ging vloeiend naar binnen. Bij Zoetermeer was ik al warm genoeg gedraaid om mijn hartslag te laten oplopen tot boven de 150, zonder het gevoel te krijgen mezelf uit te putten. Uiteraard koos ik de mooie lange route via de Oostvaardersdijk richting de Noordoostpolder. Ik haalde hier twee wielrensters in, waarvan er één duidelijk niet zo’n zin had, en de ander bloedfanatiek was. Die laatste kreeg ik in mijn wiel. Omdat ik ook de beroerdste niet ben, zette ik aan tot het tempo dat ze nog net bij kon houden. Ik moest daarvoor wel tot boven de 160, wat op zo’n tocht eigenlijk teveel is. Maar aangezien haar maatje niet meeging, wist ik dat dit geen uren zou duren.

Na vijf uur fietsen was ik op mijn vaste koffiestek in Emmeloord. Vijf uur! Ik heb er nog nooit minder dan zes over gedaan. Appeltaart en een paar glazen tonic had ik dus wel verdiend. Het ging er moeiteloos in, zonder tegensputterende maag.

Bij vertrek uit Emmeloord begon ik de hitte toch wel erg te merken. Ik zocht het tempo waarbij de verhouding tussen koeling door rijwind en warmteproductie door inspanning optimaal is. Mijn route zocht ik een beetje om de N351 heen, zodat ik niet de hele tijd in de herrie en het stof van deze weg zat. Af en toe kon ik in de schaduw van bomen rijden.

Bij Oosterwolde begon de warmte me echt teveel te worden. Een lichte hoofdpijn kwam opzetten, en eten wilde toch niet echt meer. Ik vond een supermarkt die nog net open was en haalde daar een gekoelde halve liter sinaasappel-kiwisap. Die klokte ik net iets te snel achterover, waardoor ik alsnog licht misselijk werd. Maar ik had wel weer suiker binnen en kon verder, de laatste tientallen kilometers naar Groningen.

Na in totaal 9,5 uur arriveerde ik in Groningen, in een huis vol kano’s, zeilkleding en ander watersportmateriaal. Bo kookte een fijne maaltijd die er dit keer prima in ging. Gezellig bijgepraat en wat biertjes gedronken. Bo en Marieke gingen nog even zwemmen in de vaart, maar daar had ik geen fut meer voor. Ik was uiterst tevreden met mijn prestatie voor die dag.

De volgende dag gingen mijn gastheer en -dame richting Zeeuws Vlaanderen. Ze gaven mij een lift tot even voor Schoonhoven, zodat ik een goede hersteltraining naar huis had. Het viel niet mee om het tempo laag te houden, maar het lukte wel.

En nu ben ik bezig met de laatste voorbereiding voor mijn grote tocht. Daarover meer in een volgende post.